Wabi-Sabi

Het is altijd erg inspirerend om nieuwe mensen met soms heel verschillende achtergronden te leren kennen. Jaren geleden maakten we tijdens zo een ontmoeting kennis met het principe van Wabi-Sabi. Het is niet zo in één twee drie uit te leggen wat het exact is. Als je het opzoekt kom je al snel uit bij definities als “de schoonheid van het imperfecte”, wat de indruk zou kunnen wekken dat het principe van Wabi-Sabi alles te maken heeft met esthetiek. En dat doet de waarheid een beetje geweld aan, want het is zoveel meer dan dat.

Wabi-Sabi heeft haar wortels in Oosterse wijsheid en is eerder te zien als een soort levenshouding dan dat het enkel zou draaien om esthetica. Voor Wabi-Sabi kunnen lelijke dingen ook mooi zijn, bijvoorbeeld een vervallen gevel met afbladderende verf, of een roestig autowrak in de woestijn… Het heeft te maken met het omarmen van  onze vergankelijkheid veeleer dan haar te proberen ontkennen. Het klopt dat wij westerlingen onze eindigheid veelal zien als een bedreiging en dat men daar in het verre oosten helemaal anders mee omgaat.

Ook Wabi-Sabi confronteert ons met onze persoonlijke houding ten aanzien van het soms ondoordacht najagen van perfectie. Hoe gaan we daarmee om? Toen Bob Van Reeth Vlaams Bouwmeester was deed hij een warme oproep aan alle architecten om “intelligente ruïnes” te bouwen. Daarmee wou hij natuurlijk niet zeggen dat wij geen perfectie moeten nastreven in de gebouwen die we ontwerpen, maar we moeten ervoor zorgen dat onze gebouwen waardevol blijven, zelfs wanneer ze beginnen te vervallen of al lang vervallen zijn. Kan je de gebouwen die we vandaag realiseren ooit nog een tweede leven geven, dat is de vraag.

Wabi-Sabi gaat ook over verdraagzaamheid, en bij uitbreiding ontroering. Je laten raken door een overwoekerde natuurstenen trap die leidt naar een verlaten dorp. De betekenis van Wabi-Sabi voor de mensen die wij zijn kan erg inspirerend werken.

De betekenis voor de bouwheer en de architect die samen een huis gaan bouwen ligt vooral in de keuze van de bouwmaterialen. We kiezen uitsluitend voor materialen die mooier worden door het proces van de veroudering. Om die reden werken dus graag met natuurlijke materialen. Maar gevolg gevend aan de oproep van de Vlaamse Bouwmeester bouwen we ook graag gebouwen die het juiste DNA hebben om ooit, in een verre toekomst nog een tweede leven te krijgen.

Het past dan ook volledig binnen dezelfde filosofie om bijvoorbeeld oude magazijnen en fabriekspanden te integreren in nieuwe stadsinbreidingsprojecten en ze bijvoorbeeld om te vormen tot waardevolle lofts, restaurants, concertzalen of culturele centra waar het aangenaam toeven is, en die ons eraan herinneren dat we wel degelijk geworteld zijn, en dan nog in goede grond.